PDA en taalgebruik, hoe de juiste woorden helpen

PDA en taalgebruik

‘Hoe kan het dat het zoveel beter met je gaat?’ vraag ik een PDA-er. ‘Hoe kan het dat je veel minder weerstand hebt tegen dingen die je gevraagd worden?’ Vertel eens, want daar kan ik weer andere PDA-ers mee helpen. ‘Het zit vooral in de manier waarop jullie met me communiceren.’ zegt ze. Bij PDA is taalgebruik heel belangrijk. De juiste woorden kunnen echt helpen.

PDA en taalgebruik extra belangrijk

Juist taalgebruik kan het verschil maken bij PDA-autisme. Het is een hulpmiddel wat als het juist wordt ingezet het leven met PDA een stuk makkelijker maakt. Het tegenovergestelde is ook waar. Gebruik het verkeerd en alles gaat stroever.

Waarom is taalgebruik zo belangrijk bij PDA? Als je iets zegt, gebeurt er veel. Je gebruikt woorden. Die woorden zeg je in een bepaald tempo en op een bepaalde toonhoogte. Plus dat je de woorden een bepaald volume mee geeft. Wij PDA-ers zijn vaak extra gevoelig voor geluid en details. We pikken dus veel meer op dan je misschien bewust mee wil geven.

Als jij je boosheid onder controle probeert te houden dan horen we dat. We horen het als je twijfelt of ergens niet helemaal achter staat.  Als je blij van ons wordt, maar ook als je je aan ons ergert of negatief over ons denkt horen we dat. We horen de boodschap achter de boodschap die je probeert over te brengen.

Wat taalgebruik met ons doet

Taalgebruik kan voor ons een grote bron van vreugde zijn. Veel PDA-ers houden van grote overdreven woorden. We spelen ermee en gebruiken ze veel in onze grappen. We verzinnen nieuwe woorden en gebruiken woorden uit andere talen. Zelfs de introvertste PDA-er pikt de humor van woordgrapjes op. Veel van ons houden van spelen met taal.

Taal kan ook worden ingezet om ongenoegen te uiten. En omdat we van grote woorden houden kan ontaarden in verbaal geweld van onze kant. We reageren ook heftig en snel op verbaal geweld van anderen. Dit roept krachtige emoties op en het is niet makkelijk om hiermee om te gaan.

Waar we nog meer moeite mee hebben is als de boodschap achter de boodschap negatief is. Veel van ons hebben last van afwijzingsgevoeligheid. Dit maakt ons extra gevoelig voor negatieve signalen. Dus ook negatieve dingen die over ons gezegd worden, terwijl we er niet bij zijn pikken we op.

Wat we niet horen, maar wel voelen

Alle PDA-ers weten dat we niet makkelijk zijn. We weten dat een leven met ons vele uitdagingen kent. We weten ook precies hoe onze omgeving daar tegenover staat. Dus als je het als ouder, verzorger of hulpverlener een ondragelijke last vindt weet je PDA-er dat. Ook al praat je er nooit over in hun bijzijn.

Probeer je eens voor te stellen dat het onmogelijk voor je is om aan de eisen van je omgeving te voldoen. Dat maakt het leven al een hele uitdaging. Als je daarnaast dan ook nog de boodschap op pikt dat je omgeving veel last van je heeft, dan is het niet gek dat je gedrag steeds moeilijker wordt.

Maar mag je dan als ouder, verzorger of hulpverlener nooit je ongenoegen uiten? Natuurlijk wel, anders kun je helemaal vastlopen. Het is wel belangrijk dat je dit met de juiste woorden doet.

De juiste taal gebruiken

Door anders naar PDA te kijken wordt het makkelijker om er mee te leven. Het is een neurologische aandoening. Dit betekent dat we een aantal dingen niet kunnen, ook al willen we dat nog zo graag. Het is belangrijk om dit te beseffen. Het is niet kunnen, in plaats van niet willen.

Daar kun je nog zoveel begrip voor hebben, maar er zullen altijd dingen zijn die ergernis oproepen. Zoals de zooi die in de badkamer wordt achtergelaten die jij dan weer op mag ruimen. Als je daar je ergernis over uit, doe dit dan op een respectvolle manier. Dit kan met humor. Ik roep meestal iets als: ‘De werkster ruimt het wel weer op.’ Op deze manier maak ik het bespreekbaar en geef ik aan hoe ik me voel. Wat ook kan helpen is het bij jezelf houden: ‘Ik ben zo moe, ik weet niet of ik deze zooi nog kan opruimen.’

Ga in ieder geval voor je begint met ventileren tegen iemand, eens zitten en denk na over de woorden die je gebruikt. Hoe voelt het voor jou als de woorden die je gebruikt jou beschrijven. Gebruik je deze woorden ook als je PDA-er erbij is? Want ook al is die er niet bij, die hoort en voelt je woorden indirect wel.

Hoe moet je er dan mee omgaan en hoe kun je taal inzetten om gedrag te verbeteren? Zoals de PDA-er uit de inleiding al aangeeft kan de juiste manier van communiceren echt het verschil maken. Er zijn twee dingen die je in kan zetten, declaratieve taal en convergentie.

Declaratieve taal

Dit is een beschrijvende manier van praten. In plaats van dat je iets oplegt (imperatief taalgebruik), geef je een beschrijving. Dus in plaats van: ‘Geef de kat eten.’ ‘Ik zie dat de bak van de kat leeg is.’ Dit wil niet zeggen dat dan de bak van de kat gevuld wordt. Het is geen wondermiddel, want dat bestaat voor PDA helaas niet.

Het schept wel gelegenheid en helpt een vecht-vlucht reactie te voorkomen. Dus het geeft niets als je PDA-er kribbig zegt: ‘Dat zie ik ook wel.’ Je hebt in ieder geval op een rustige manier een gelegenheid gecreëerd waarbij de PDA-er zelf kan beslissen of er iets mee gedaan wordt. Door op deze manier ruimte te scheppen om er wel of niet iets mee te doen komt er gelegenheid om dingen te doen zonder dat ze als een demand worden gezien.

Convergentie

Convergentie is het elkaar opzoeken in tempo, toonhoogte en volume in een gesprek. Hier is veel onderzoek naar gedaan. Als je dit afstemt op degene met wie je praat is het resultaat dat de ander zich prettig voelt. Convergentie is een manier om status verschillen te overbruggen. Vaak komt de minder machtige degene met meer status tegemoet. In het geval van PDA-autisme kun je tempo, toonhoogte en volume aanpassen om zo statusverschillen te nivelleren.

Leuk, maar wat doe je als iemand niet met je wil praten. Ook praten kun je niet afdwingen, maar je kunt wel kijken of er gelegenheden zijn die uitnodigen tot praten. Toon belangstelling voor het tijdverdrijf van je PDA-er. Welke spellen worden er gespeeld? Welke boeken lees je? Wat maakt het zo een fijn tijdverdrijf? Vaak zijn plekken waar je naast elkaar zit, zoals in de auto, in plaats van tegenover elkaar zoals aan tafel, heel geschikt voor een praatje.

Probeer je tempo, toonhoogte en volume af te stemmen op de ander. Let vooral op tempo. Wij hebben vaak wat meer tijd nodig om te verwerken wat er gezegd is. We horen het wel maar moeten het ook nog verwerken. Geef daar tijd voor. Wacht rustig af of er een reactie komt. Zo niet, ook goed.

PDA en taalgebruik

Het zijn dus niet alleen de juiste woorden die helpen, maar ook hoe die woorden afgestemd worden en wat er achter die woorden zit. Door respectvol en zonder verwachtingen te communiceren schep je voor een PDA-er gelegenheid om zelf de keuze te maken om iets wel of niet te doen. Als er dan besloten wordt om iets wel te doen geeft dat een succes moment en dat moment leidt weer naar meer zelfvertrouwen. Wat weer meer gelegenheid schept. Het kost veel tijd en geduld, maar het zorgt voor een vicieuze cirkel die voor verbetering in PDA-gedrag zorgt.

Leren om de juiste woorden op de juiste manier te gebruiken kost tijd en moeite. Iets waar niet altijd genoeg energie en ruimte voor is als ouder, verzorger of hulpverlener. Dat besef ik als geen ander. Begin klein, kijk of je een dagelijks voorbeeld kan vinden waar je het taalgebruik van kan aanpassen. Als dat vanzelf gaat, kun je naar een volgende gelegenheid gaan zoeken. Zo word je bewust van hoe je communiceert en hoe je dat aan kan passen. Want je kunt een ander niet veranderen, maar je kunt je reactie op die ander wel veranderen.

Help me ploeteren! 
Het kost je geen cent, alleen wat moeite.
BoekenBoeken

Bronnen:
Het Declarative language handbook geeft een uitgebreide uitleg van beschrijvende taal en hoe je het kunt gebruiken.

Wát we zeggen is ondergeschikt aan hoé we het zeggen. In Ik hoor het aan je stem komen tal van technische, sociale en psychische aspecten van onze spraak aan bod.

Escaleren of accommoderen bij PDA

In mijn vorige blog over radicale acceptatie noemde ik de keuze tussen escaleren en accommoderen. Dit is een volgende stap naar naar meer rust in een PDA-huishouden. In deze blog ga ik verder in op escaleren of accommoderen bij PDA. Lees verder…

Deel dit bericht:
Myneke

Auteur: Myneke

Myneke (zij/haar) Boekenwurm, sokkenbreidster, PDA-ma en blogger over autisme met een PDA profiel.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *